Deel 2 Bennie Dekker geniet volop als betaald voetballer: Ermelose sportartikelen uit de oude doos

Bennie Dekker in actie bij DVS'33.
Bennie Dekker in actie bij DVS'33.
Foto: Gescande eigen foto

In de 41e aflevering van de ‘Ermelose sportartikelen uit de oude doos’ een interview in 2 delen met Bennie Dekker van donderdag 22 juli 1993. De voetballer uit Ermelo maakte in 1992 een succesvolle overstap van DVS’33 naar het betaalde voetbal, waar hij ging spelen voor het Nijmeegse NEC, dat uitkwam in de eerste divisie. Vandaag deel 2, klik HIER voor deel 1.

Door Bram Burggraaff.

In de serie zomerinterviews komt als eerste de rechterspits van eerste divisionist NEC en oud-speler van DVS’33 aan bod: De 26-jarige Bennie Dekker. Aan het einde van het voor DVS zo succesvol verlopen seizoen 1991-1992 maakte de Ermeloër de overstap naar het betaalde voetbal en tekende een profcontract bij het Nijmeegse NEC. Het eerste seizoen in de eerste divisie verliep heel goed. Dekker had vanaf het begin een vaste basisplaats en werd met acht doelpunten topscorer van de club. Bovendien werd hij gekozen in het Sterrenelftal van het weekblad Voetbal International.

Trainers
Van de trainers waarmee Bennie Dekker te maken heeft gehad, geniet Fred Prins duidelijk zijn voorkeur. “Als je een jaar of 25 bent, dan kan een trainer je qua voetbal niet echt veel meer leren. Het gaat er dan vooral om dat de trainer goed met mensen kan omgaan. Dat was het grote verschil tussen Evert de Graaf en Fred Prins bij DVS. De Graaf was contactarm, hij kon heel slecht met mensen omgaan. Bovendien nam hij op technisch gebied hele rare beslissingen. Hij hield maar vast aan het 4-4-2 systeem, terwijl hij goede buitenspelers had. Tegen Elim uit liet hij mij linkshalf spelen. Omdat Detlef Legrand in het centrum moest inschuiven, liep ik linksback te voetballen en werd aan alle kanten voorbij gelopen. Voor een ongelukkig sliding kreeg ik ook nog een rode kaart, die me vier wedstrijden kostte. Fred Prins kan heel goed met mensen omgaan. Hij liet mij gewoon voetballen en benutte mijn kwaliteiten voor honderd procent. Ik kreeg een vrije rol voorin en maakte het ook waar. Daarbij heb ik heel veel te danken gehad aan de jongens achterin, die het vuile werk moesten opknappen. Fred Prins zei altijd: ‘Je gaat terug tot de middenlijn en verder zoeken ze het achterin maar uit. Jij moet scherp blijven en je krachten bundelen voor als de bal naar voren komt.’ Er zijn maar weinig trainers die dat zo doen. Iedereen bij DVS is vol lof over Prins. Toen hij kwam na de degradatie had niemand er vertrouwen in, maar hij heeft er een echte groep van gemaakt. Hij wist iedereen te motiveren en te prikkelen. In het betaald voetbal werkt het heel anders. Van de zestien contractspelers bij NEC zijn er tien full-prof. NEC is je werkgever en het voetbal is je werk. Je traint zes keer in de week. De trainer, Joop Pruim is een soort baas.’’

Nacompetitie
Bennie Dekker miste vanwege een blessure bijna de hele nacompetitie. Tijdens de eerste wedstrijd in en tegen Heerenveen raakte hij geblesseerd. Dekker: “Tegen Heerenveen ben ik bewust de wedstrijd uitgeschopt door Verbeek. Blankenstijn floot en bestrafte een paar aanslagen alleen met een vrije bal. Pas toen ik vlak voor de rust zodanig geraakt werd, dat ik geblesseerd het veld moest verlaten, gaf de scheidsrechter Verbeek geel. Zelfs de spelers van Heerenveen zeiden tegen me, dat ze het schandalig vonden. Het typische was, dat Blankenstijn ook de thuiswedstrijd van NEC tegen Heerenveen floot en ons toen een glaszuivere penalty onthield. Ik vind het wel terecht dat Heerenveen is gepromoveerd, maar ze hebben wel alle medewerking van de KNVB gehad. Fortuna en NEC moesten vier wedstrijden in de nacompetitie vlak achter elkaar spelen, terwijl er voor Heerenveen ruim voldoende tijd tussen de wedstrijden zat. Die blessure heeft me zes weken gekost. Daardoor miste ik de andere wedstrijden in de nacompetitie. Dat was heel erg jammer, want ik hoorde van diverse mensen dat er met name tegen Fortuna veel mogelijkheden voor mij waren geweest, omdat je tegen eredivisieploegen meer ruimte krijgt. Je hebt geen vaste mandekker, maar er wordt in de zone verdedigd. Ik train sinds enkele weken weer voluit samen met Steven v.d. Brink die nog bezig is om van een blessure terug te komen.’’

Kritisch
In een interview met het weekblad Voetbal International liet Bennie Dekker zich onlangs nogal negatief uit over NEC. Dekker zegt zelf hierover: “Je zit vier uur met zo’n man te praten en je leest het verhaal terug in vijf minuten. Je zegt in die tijd zoveel en als dan alleen de negatieve punten eruit gelicht worden, geeft dat een sterk vertekend beeld. Wat er staat, klopt op zich wel. Ik sta daar ook achter, maar de positieve dingen die ik gezegd heb, ontbreken. Bij de KNVB en VI heerst er een anti-NEC sfeer. Dat komt vooral door het functioneren van het NEC-bestuur. De voorzitter, de heer van de Water, heeft het bij NEC alleen voor het zeggen. De manager, de heer Jacobs is wel de hele dag aanwezig, maar heeft geen enkele volmacht. Ik heb op zich natuurlijk heel weinig met het bestuur te maken, alleen rond zo’n contractverlenging. Verder kan ik prima met de mensen waarmee ik te maken heb overweg. Tussen de spelers onderling bestaat een uitstekende sfeer, het is een perfecte groep.’’

Toekomstplannen
Bennie Dekker vindt dat NAC en Heerenveen terecht zijn gepromoveerd. Die clubs zijn er helemaal aan toe. Ze hebben een ruime begroting en er komt veel publiek. “Toch zijn er bij NEC ook mogelijkheden”, vindt Dekker. “Als er wat op het spel stond dit seizoen, dan kwamen er meer dan 10.000 toeschouwers. Wanneer wij net zo goed zouden draaien als Vitesse, dan zou er bij ons veel meer publiek zitten. Ondanks de goede prestaties van Vitesse laat het Arnhemse publiek het nog steeds afweten. Het aan- en verkoopbeleid van Vitesse is erg goed. Ze hebben een hele slimme voorzitter. De verkoop van Van der Brom en Van Arum leverde veel geld op. Met het aantrekken van Gilhaus, één van de beste spitsen van Nederland en goede spelers uit Rusland zijn nuttige aankopen gedaan. NEC is pas nog de beste jeugdspeler Wim Koster aan Vitesse kwijtgeraakt. Door een te laag contract aan te bieden, kon hij voor een ton weg. Zelf wil ik zo lang mogelijk betaald voetbal blijven spelen. Het is geweldig, als je van je hobby je beroep kunt maken. Als je gezond en helemaal voor het voetbal leeft, dan moet je tot je 34e jaar mee kunnen draaien in het betaalde voetbal”, aldus Bennie Dekker.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen