In speelronde 15 van de interne competitie bij het Veluws Schaakgenootschap Ermelo (VSG) kwam het thema ‘geef nooit op’ sterk naar voren. Gerard de Hoop werd volkomen overspeeld door Jan Lambrechts, maar wist na een onachtzaamheidje van Jan slim naar remise te ontsnappen.
Van Bram Burggraaff.
Dodelijke aanval
Bas West leek Mark van Sandijk te piepelen en kwam een pion voor, maar leed door een dodelijke aanval van Mark toch een nederlaag. Ook Willem Booy gaf niet op en wist tegen Ron Flink zijn achterstand in winst om te buigen.
Hopeloze stelling
Henk Visser spande de kroon; na zwaar verliezende materiële achterstand en een hopeloze stelling gaf hij ook niet op wat uiteindelijk uitmondde in winst tegen Bert Loedeman. Sape Westra schatte zijn aanvalskansen waarschijnlijk iets te positief in en verloor van William van de Groep.
Microscopisch voordeeltje
Noël Bovens deed waar hij goed in is: druk opbouwen. Tegenstander Ralf van den Burg greep in zware tijdnood mis. Onno Wolters wist een microscopisch voordeeltje in wurgslangstijl tot winst te vergroten tegen Mark de Graaf.
Lastig
Ferry Lunek schatte de consequentie van een opzettelijke zetverwisseling van Dirk van Setten compleet verkeerd in en verloor zeer snel. Vanuit gedrukte stelling greep Wim Velker een plotseling geboden kans en won van Anne Zijlstra. Nieuwkomer Jan Casur maakte het Marco ter Meer nogal lastig, maar Marco hield remise.
Schapenrover
Cees Doets won van Martin Elbertsen. Gert-Wim Korterink wist zijn 'schaapjespionnen' niet bij elkaar te houden en verloor ze achter elkaar. Henri Bosch was de winnende schapenrover. Hisham Haout verslikte zich verliezend in een pion van Wido Sparling.
Fataal
Jon Bunschoten stond beter en viel aan, maar verwaarloosde verliezend zijn verdediging tegen Jildert de Boer. Net als Henri was ook Martin van de Broek een pionnenrover; hij won van Margriet Martensen. Bart Schultz ondervond dat dames zonder rivaal fataal zijn, zoals Wim van Dalen aantoonde.
Schaaklatijn
Bert Plette kwam snel op voorsprong en won van Gerda Smid. Piet Vroegindeweij was aan het einde van zijn schaaklatijn en Lex Wattez incasseerde de winst. Gert van Heeringen bood Stephan Schoenmaker een ‘offer he could not resist’ aan en met Stephan’s resistance was het snel gedaan. Rob Hollmann wist zijn voordeel tegen Ronald Bieringa vast te houden tot de winst binnen was.