Duikteam Ad Fundum uit Ermelo gaat tot op de bodem

Duikteam Ad Fundum in Egypte.
Duikteam Ad Fundum in Egypte.
Foto: Rudy van Geldere

In de 77e aflevering van de Ermelose sportartikelen uit de oude doos een artikel in 3 delen van donderdag 10 augustus 1995 over duikteam Ad Fundum. (Latijns voor ‘tot op de bodem’) Er zal ingegaan worden op alle facetten van deze toen snelgroeiende vereniging. Vandaag deel 1.

Door Bram Burggraaff.

Redden van drenkelingen
Ad Fundum werd opgericht op 1 januari 1992. Enkele enthousiaste duikers uit Ermelo en Harderwijk grepen toen de mogelijkheid een eigen vereniging op te richten met beide handen aan. Dit kostte ontzettend veel tijd, moeite en organisatie, maar het resultaat is er dan ook naar. Binnen korte tijd groeide Ad Fundum naar 75 leden, waarvan velen een sportduikbrevet behaalden. Wie dat wil, heeft nu de gelegenheid om in het Ermelose zwembad Calluna het snorkelen en duiken te leren. Bij de lessen passeren behalve conditietraining alle facetten van het duiken de revue: Van snorkelen en het leren omgaan met ademautomaten en persluchtflessen tot het redden van drenkelingen. Woensdagavond na de training worden van 20.30 tot 21.30 uur de bij de opleiding behorende theorielessen gegeven. Er wordt aandacht besteed aan de uitrustig, maar ook aan natuurkundige verschijnselen die zich onder het wateroppervlak voordoen. Lessen over onderwaterflora- en fauna alsmede duikersziekten staan op het programma. Het duikteam hecht er veel waarde aan dat iedere duik(st)er weet wat duiken is en hoe deze sport zonder gevaar kan worden beoefend.

Basisuitrusting
Bij Ad Fundum heeft men voor een basisuitrusting nodig: Een duikbril, een snorkelpijp, zwemvliezen en een loodgordel. De duikbril is een belangrijk hulpmiddel dat nodig is om onder water te kunnen zien, omdat onze ogen alleen geschikt zijn om in lucht helder te kunnen zien. Met dit masker plaatsen we een laagje lucht tussen onze ogen en het water, zodat we toch goed kunnen zien onder water; voor brildragers bestaan er duikbrillen met geslepen glazen. Bovendien zorgen we er door middel van het masker voor dat onze ogen niet langdurig in contact komen met het water, dat vervuild kan zijn en bij langdurig contact wel eens irritatie en infectie van de ogen zou kunnen veroorzaken. Een duikbril moet goed passen, niet te strak zitten en een uitsparing hebben waar de neus in past. Het glas moet van splintervrij materiaal gemaakt zijn.

De snorkel is een J-vormig buisje; aan de ene kant is het open, terwijl het aan de andere kant een mondstuk heeft. Om te voorkomen dat een snorkelaar bij het inademen teveel van zijn eigen uitgeademde lucht binnenkrijgt, mag de snorkel niet te breed en niet te lang zijn. Snorkels die aan de bovenkant zijn voorzien van een afsluiting – een balletje of klepje – zijn helemaal uit den boze, omdat ze op ongelegen momenten de luchttoevoer kunnen blokkeren.

De zwemvliezen zijn voor de duiker een belangrijk hulpmiddel. Ze zorgen ervoor dat de duiker zich met zo weinig mogelijk kracht door het water kan voortbewegen. Bovendien maakt het gebruik van zwemvliezen de duiker goed wendbaar zonder dat hij daarvoor zijn handen hoeft te gebruiken. Men moet eerst hele gewone zwemvliezen kopen met gesloten hiel, waar men met blote voeten in kan. Dat is handig voor het zwembad. Als men later een duikpak heeft aangeschaft om ook in buitenwater te gaan duiken, is het beter om zwemvliezen te kopen met verstelbare hielbanden.

Loodgordel
Een snorkelaar of duiker in een dik neopreen pak zal zoveel drijvend vermogen hebben, dat hij niet onder water kan komen. Hij heeft een gordel nodig met voldoende loodblokken eraan om naar beneden te kunnen komen. In het zwembad (zonder duikpak) heeft met ongeveer 5% van het lichaamsgewicht aan lood nodig. Een snorkelduiker moet in het buitenwater zoveel lood meenemen, dat hij nog net blijft drijven. In zout water heeft men nog meer lood nodig, ongeveer 1 kg lood voor iedere 35 kg eigen gewicht. De loodgordel moet voorzien zijn van een veiligheidsgordel die zo geconstrueerd is, dat hij gemakkelijk en snel afgeworpen kan worden. Geen enkel ander uitrustingsstuk mag tijdens het afdoen de loodgordel hinderen of belemmeren. Voor een duikuitrusting heeft men ook een mes, handschoenen, duikschoenen en een duikpak nodig. Voor men een uitrusting gaat aanschaffen, kan men zich beter eerst laten adviseren door de instructeur of een andere ervaren duiker. Dan rest nog de duikfles, de ademautomaat, het trimvest en de dieptemeter. Deze hoeft men niet te kopen, zolang men nog een eerste sters brevet heeft. Het is beter om deze items te huren bij de vereniging of te lenen van een collega-duiker.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen