Proeverij De Ontmoeting aan de Stationsstraat 133 dit jaar bestaat tien jaar. Onder het pseudoniem Bon deelt een medewerker haar ervaringen.
Komt verwondert u...
Soms , ja soms doe ik dat.Ook op mijn werk. Ik verwonder me erover hoe de stress kan toeslaan in een team, in mezelf. Als de koks heel druk zijn in de keuken en gaan snauwen door de stress, dan zeg ik wel eens: stop wat liefde in het eten! Als ik zelf als kok fungeer en gestrest ben, heb ik de neiging om op de bel te rammen voor de bediening. Geen vriendelijk tikje, maar een klap op de bel. Kom nou! Het eten wordt koud. Ik gun mezelf vaak geen tijd om koffie te drinken omdat er zoveel werk te doen is.
Het was zelfs zo dat mijn bedrijfsleider vroegof ík degene was die de mail had beantwoord om half zes in de middag. “Ja,” zei ik chagrijnig, “Ik had mijn jas al aan en ik werkte al over en toen moest ik óók de mail nog beantwoorden.” Het was niet zo verwonderlijk, hij las mijn haast in de beantwoording van de mails, de zinnen waren te kort en te bondig. Dat is niet correct naar de vragenstellers, gasten die informatie willen hebben over workshops, chocolade enzovoort. Ik had de mailtjes wat liefdevoller moeten beantwoorden. Het is geen wonder dat ik nog wel wat coaching nodig heb bij het indelen van mijn werkzaamheden.
Maar, de andere kant moet ook verteld.Ik kan me verwonderen over een mooie bos friséesla. Als ik hem onder de kraan hou om het zand er uit te spoelen dan denk ik: 'Wat een wonder onder de waterstraal'. Ook kan ik zo genieten van goed contact: of dat nu met gasten is of met mijn collega’s. Pas had ik een gesprekje met een collega met een stoornis in het autistisch spectrum. De hele ochtend was ze al in de mineur. We stonden in het magazijn en ik vroeg: ”Wat is er nu eigenlijk echt aan de hand?”
“Ik weet het niet, ik voelde me al naar toen ik van huis ging vanmorgen.”Wonderlijk dat een personeelsradertje in het team invloed heeft op het hele sfeer. Iedereen is belangrijk en we hebben allemaal invloed op elkaar. “Ik kom er niet los van,” huilde ze. ”Neem een besluit om van deze dag een feestje te maken, zei ik, dan vieren wij deze dag met elkaar.” “Dat wil ik wel, maar het lukt met niet,” was het antwoord. “ Zal ik je dan een knuffel geven?”
Dat wilde ze. Ik gaf haar een knuffel.En niet zo’n heerlijke teddybeer die wij in de winkel verkopen. Sommige mensen met deze aandoening nemen woorden namelijk heel letterlijk. Best lang sloeg ik mijn armen stevig om haar heen. Ik zei niks. Het wonder geschiedde: “Het lukt weer” zei ze, “Bedankt! Bedankt dat je me geholpen hebt.” Wat wonderlijk dat onze invloed zo groot kan zijn, positief en negatief.
Bon