De vernielingen in de bossen van Ermelo waar CDA Ermelo en boswachter Henk Jan Zwart 20 april getuigen voor zochten (klik HIER voor eerdere berichtgeving), blijkt bomenkap te zijn geweest die is uitgevoerd door Defensie. Dit blijkt uit de antwoorden van het college van burgemeester en wethouders op de vragen die CDA Ermelo erover stelde.
Pad versperd
Uit de beantwoording van het college blijkt dat de terreinbeheerder van Defensie een pad heeft versperd omdat daar veel mountainbikers overheen rijden. Het gaat om het oefenterrein Sparrendaal waar fietsen niet is toegestaan, dit wordt aangeduid met toegangsbebording.
Spic en span
De officiële MTB-route ligt volgens het college op grondgebied van de gemeente Ermelo en is niet onbruikbaar gemaakt: “Die route ligt er spic en span bij! Als MTB-ers zich aan de aangegeven route houden is er dus niets aan de hand.”
Geen MTB-route
Het college zegt dat Defensie vanaf het begin heeft aangegeven dat zij binnen haar oefenterreinen geen MTB-route wil. “Daarom is de route ook óm Sparrendaal heen gelegd. Omdat MTB-ers toch overal willen fietsen, en dus elk paadje en zelfs wildwissels gebruiken, komen zij toch ook op Sparrendaal, hoewel dat daar dus niet is toegestaan. Overigens wordt op het bewuste pad ook erg veel gewandeld, met loslopende honden e.d. (wat evenmin is toegestaan). Aanvaringen tussen wandelaars en fietsers onderling die dus beiden op hun beurt de regels aan hun laars lappen, hebben ongetwijfeld bijgedragen aan het verzoek van de militairen richting hun terreinbeheerder om dat pad af te sluiten. Uiteindelijk hebben de gebruikers van dat (ooit clandestien ontstane!) paadje dit aan zichzelf te wijten.”
Niets over te zeggen
Het college licht verder toe dat het toelaten van fietsers op het betreffende terrein een zaak is van Defensie. De gemeente heeft daar niets over te zeggen. Net zo min als dat de gemeente niets te zeggen heeft over eventuele bomenkap aldaar. Overigens betroffen de vernielingen/bomenkap volgens het college ondergroei en kleinere bomen, wat binnen de kaders van de Wet Natuurbescherming is gebeurd. Ofwel zo legt het college uit: “Het gaat om een ingreep op een terrein waarover wij geen zeggenschap hebben. Het is ’terrein van de buren’, waarbij de buren zich keurig binnen de vigerende wet- en regelgeving hebben gedragen.”
