Professor Bas de Gaay Fortman deelde onlangs met vrienden van de Wereldwinkel persoonlijke ervaringen in Afrika. Ontwikkeling in Afrika is een eeuw lang gehinderd door grote economische en politieke belangen. De Wereldwinkel is deel van een kleine tegenkracht door symboliek en betrokkenheid.
Door Johan Brons, voorzitter Wereldwinkel Ermelo.
Valse start
Bas de Gaay Fortman is betrokken bij Afrika vanaf zijn eerste kennismaking met het continent als docent aan de Universiteit van Zambia (1967-1971). Veel landen in Afrika maakten drie keer een valse start om zich goed te kunnen ontwikkelen: vrijheidsstrijd voor 1960, onafhankelijkheid vanaf 1960 en democratisering na 1980 brachten geen duurzame voorspoed.
Lokale tegenstemmen
Burgers in Nederland zien hoe grote politieke en economische krachten ontwikkeling van Afrika belemmeren. Ook al zijn corruptie en oneerlijke handel lastig te begrijpen, het is wel belangrijk er van te weten. Tegen armoede en voor hoop klinken lokale tegenstemmen op de kunst- en souvenirmarkten in Afrika.
Oprichting Wereldwinkels
Solidariteit met Afrika was een reden om de Wereldwinkels in Nederland op te richten, de eerste in 1969. De Wereldwinkel in Ermelo werd precies dertig jaar geleden officieel opgericht als een kleine kracht tegenover de grote ontwikkelingen in Afrika. Cadeaus uit Afrika verbeelden verbondenheid en maken dat mensen horen en weten van Afrika.
Kleine tegenkracht
Niet iedereen krijgt, zoals Bas de Gaay Fortman, de kans om een schilderij te kopen waarop de plek van aankoop te zien is. Met persoonlijke souvenirs zoals schilderijen, beeldjes en een schaakspel, liet hij zien hoe het grote verhaal van Afrika door kleine verhalen gevormd wordt, zowel in kracht als in tegenkracht. Kleine tegenkrachten in een ingewikkelde wereld, zo laat de informatieve avond zich samenvatten.
