Dodenherdenking Ermelo: ‘God bless Nederland’

‘God bless Nederland’. Daarmee sloot Zakaria Kurdi zijn aangrijpende verhaal af tijdens de overdenking in de Immanuelkerk, voorafgaand aan de stille tocht naar het oorlogsmonument aan de Horsterweg, zaterdag 4 mei.

Met fotoreeks door Grietje-Akke de Haas.

Alles achterlaten
Zakaria Kurdi deed zijn verhaal op uitnodiging van de Oranjevereniging Ermelo. Hij zei het bijzonder te vinden dat in Nederland zo stilgestaan wordt bij oorlog. “Dat iedereen dat zo mag en kan gedenken, in alle vrijheid.” Vrijheid die hem als Syriër toen hij met zijn gezin in Aleppo woonde, werd ontnomen. Hij moest echt alles achterlaten. “Mijn werk als leraar filosofie, mijn huis, mijn familie, mijn auto en al mijn vele mooie andere bezittingen.”

Erg bang
Angst overheerste. “Nadat de radicale Islamistische groepen de helft van onze stad Aleppo bezet hadden, was ik erg bang voor hen; want mijn ideeën zijn helemaal tegengesteld aan hun ideologie. Ook mijn ideeën over vrijheid en menselijkheid zijn helemaal anders dan die van hen.”

Reis vol van doodsangsten
Voor de reis met de boot naar een veiliger oord moest 15.000 euro worden neergeteld via de maffia. “Het was een verschrikkelijke en vreselijke reis; het was een reis vol van doodsangsten.” Via Turkije over zee naar Griekenland kwam Zakaria Kurdi samen met zijn zoon Fadi vier jaar terug in Nederland terecht. “Terwijl ik in het AZC was stierf onze dochter Valentina van 26 jaar. Door de oorlog kon ik niet bij de begrafenis aanwezig zijn.” De vrouw van Zakaria Kurdi kwam een jaar later legaal met het vliegtuig naar Nederland.

Nare en vervelende herinneringen
In Ermelo werkt Zakaria Kurdi als vrijwilliger bij de Kringloopwinkel Ermelo. Hij is een nieuw leven begonnen met nieuwe vriendschappen. “Toch voel ik me ook vaak erg eenzaam hier, en ben dan vol van nare en vervelende herinneringen. Ik realiseer me nu ook precies wat de oorlog is, en weet, meer dan ooit, hoe slecht oorlog is.”

Ingetogen en indrukwekkend
Vanzelfsprekend woonde Zakaria Kurdi de dodenherdenking bij, bij het oorlogsmonument aan de Horsterweg. Een herdenking die ingetogen was en tegelijkertijd indrukwekkend. Opnieuw benoemde de Oranjevereniging Ermelo een aantal slachtoffers die zich inzetten voor de vrijheid, maar het met de dood moesten bekopen. De jongste was 20 jaar. “Opdat wij hen niet zullen vergeten”, zo sprak voorzitter Jan Urbach. Ook burgemeester André Baars stond onder meer stil bij de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog. Waarbij Baars sprak over de miljoenen slachtoffers die de oorlog eiste en en het ondenkbare leed wat dit veroorzaakte.

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen