Ingezonden brief ‘Bidden tegen heksenkring’

Gert-Harm Hoefakker.
Gert-Harm Hoefakker.
Foto: Eigen foto

Gert-Harm Hoefakker schreef een ingezonden brief naar aanleiding van de berichtgeving rond ‘Bidden tegen heksenkring’. Deze brief deelde hij al eerder met de lezers van het Ermelo’s Weekblad.

Het artikel ‘Bidden tegen heksenkring’ dat op 26 december in het Ermelo’s Weekblad verscheen heeft volgens het artikel ‘Wij doen niet aan zwarte magie’ (Ermelo’s Weekblad, 9 januari) het nodige stof doen opwaaien. In het artikel van 9 januari neemt Eva van Eck het op voor de initiatiefnemers van de heksenkring in Ermelo. Ze stelt dat met het artikel van 26 december haat wordt gezaaid en bepleit dat voor- en tegenstanders van de witte heksen het gesprek met elkaar zouden moeten aangaan. Verder vervolgt ze: ,,Probeer vredelievend naast elkaar te leven. In mijn ogen heeft God dit nooit gewild. En één van de tien geboden luidt: Heb uw naasten lief.”

Persoonlijk vind ik het heel positief dat Eva van Eck stilstaat bij de vraag wat de wil van God is in ons leven. Ze wijst daarnaast op één van Gods goede geboden, naastenliefde. Hoewel ik zelf niet bij de gebedsbijeenkomst ben geweest, ben ik er van overtuigd dat de initiatiefnemers ervan juist de liefde voor de naasten voor ogen hebben gehad toen ze hoorden over de plannen van de witte heksen naar Ermelo.

Dat is toch heel iets anders dan het zaaien van haat, zoals Eva van Eck betoogt. Je wilt, gedreven door de liefde voor je medemens, mensen maar wat graag behoeden voor de invloeden van witte hekserij. Het feit dat witte (of moderne) hekserij in het artikel van 9 januari wordt geromantiseerd -als zou het niets kwaads in de zin hebben- doet daar niets aan af.

Witte heksen geloven dat hun godin en god, het vrouwelijke en het mannelijke principe, in jezelf zit. En in alles om hen heen. Het doel is om in harmonie te komen met onder meer jezelf, energieën en goden. Witte hekserij zet ertoe aan om eigenmachtig technieken toe te passen om met de onzienlijke wereld in contact te komen.

Het gevaar dat op de loer ligt is om onverhoopt en onbedoeld met verkeerde geesten in contact te komen. Witte hekserij is het spelen met machten die zich kunnen voordoen alsof ze goed zijn, maar in werkelijkheid mensen totaal de afgrond kunnen inhelpen. Het is daarom van groot belang om goede nota te nemen van Paulus’ waardevolle waarschuwing in de Bijbel dat de duivel zich kan voordoen als een lichtende gestalte (2 Korinthe 11: 14).

Op veel plaatsen in de Bijbel lezen we dat de duivel er op allerlei manieren op uit is om mensen te misleiden. Eén van de meest effectieve misleidingen die de duivel opvoert is om ons ervan te overtuigen dat hij niet bestaat. Niet voor niets noemt Jezus de duivel ‘de vader van de leugen’. Witte heksen trekken zich echter niets van al deze ernstige waarschuwingen aan, omdat zij in de naïeve veronderstelling verkeren dat er onderscheid gemaakt kan worden tussen goede en kwade geesten. De Bijbel wijst hekserij, spiritisme, waarzeggerij en toverij resoluut en glashelder van de hand en maakt daarbij geen enkel onderscheid tussen zwarte of witte magie.

Het dringende advies aan iedereen moet daarom zijn om het nooit aan te leggen met deze geestelijke wereld. Nogmaals, heel mooi dat Eva van Eck één van Gods geboden noemt: Naastenliefde. Jezus noemt dat in één adem met het liefhebben van God. Hij zegt: Heb God lief boven alles en de naaste als jezelf (Marcus 12: 30).

In de Bijbel lezen we dat de Schepper van hemel en aarde ons oproept om ons vertrouwen op niets en niemand anders te stellen dan de God en Vader van Jezus Christus. En dat is niet voor niets. Want het zal geen mens lukken om zodanig goed te leven zodat je zelf het eeuwige leven zou kunnen verdienen.

Dat kan alleen door te geloven in het offer van Jezus. Hij geeft ons het uitzicht op een altijd durend leven bij Hem, dat één groot feest is. Die geweldige toekomstverwachting is, gedreven door dat goede gebod van naastenliefde, iedereen te gunnen!

Gert-Harm Hoefakker, Ermelo

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen